woensdag 23 oktober 2024

Onverbloemd


Regelmatig komen hier bossen bloemen binnen. We zijn daar superblij mee. Als ziekte of andere narigheid een huis binnen sluipt of dendert, is elke blijk van meeleven fijn.
Vooral waar woorden soms moeilijk te vinden zijn, biedt een boeket bloemen uitkomst. Daarnaast vrolijkt een kleurrijke bos bloemen een ingewikkelde of zorgelijke situatie echt wel op, is onze ervaring.
Dat gezegd hebbende, zie ik ook een andere ontwikkeling. Er worden steeds meer vragen gesteld over de herkomst van bloemen en de manier waarop ze opgekweekt worden. Je hoeft geen bolleboos te zijn om een beetje te googelen. Binnen de kortste keren stuit je op allerlei onderzoeken die aantonen dat er in een gemiddeld boeket een stuk of twintig, dertig resten van gifstoffen worden aangetroffen.
Wetenschappers die alarm slaan over verbanden tussen Parkinson en (toegestane!)bestrijdingsmiddelen.
Een Franse rechtbank die een moeder in het gelijk stelt voor wat betreft een causaal verband tussen gif in bloemen en de dodelijke ziekte van haar dochter.
Inmiddels kijken verschillende gemeenten en ook kerken naar hun omgaan met bloemen als cadeau of als groet.
Ik zie met verbazing de reacties onder dit soort berichten. De felheid waarmee er gereageerd wordt, begrijp ik niet en het houdt me een beetje bezig.
Tot ik bedenk dat er ruim vijftig jaar geleden zelfs een georganiseerd verzet was tegen de autogordel. Mensen vonden dat de overheid dit niet mocht verplichten en voelden zich een verzetsstrijder als zij er tegen in gingen.
Zo ook met asbest en tabak. In beide gevallen duurde het ook jaren voordat de feiten het wonnen van de emoties.
Gelukkig zijn ook mogelijkheden om biologisch gekweekte bloemen op tafel te zetten. De afgebeelde bos die we gisteren kregen is er een voorbeeld van. Daarnaast zijn er prima alternatieven te verzinnen. Geef een fruitmand, een fles wijn of andere gezonde sap. Beetje lokaal kopen en even kijken of het biologisch is. Het kost je hooguit een paar seconden extra in de winkel of op je mobiel. Ongeveer dezelfde tijd die je nodig hebt om je autogordel om te doen.

zaterdag 10 augustus 2024

Kleine vossen

Het zijn de kleine dingen
Twee keer heb ik mijzelf de afgelopen tijd totaal verloren gevoeld. De ene keer was een paar weken geleden. Er viel mij een pan met kokende fusilli van het gas. Borrelend water en bijna gare pasta dreven door de keuken. Ik stond er midden in en wist me geen raad. Ik voelde me compleet van God en mens verlaten.
Gisteren gebeurde mij hetzelfde op de ziekenhuisparking in België. Na een ongelooflijk gedoe met een recept dat in het stadje zelf gehaald moest worden en wat niet lukte, gecombineerd met een parkeerkaart die niet wilde doen waarvoor die bedoeld was. Ik stond als verdwaasd midden op de parking en was voor een moment helemaal de weg kwijt.
Als kanker je huis binnensluipt, zeker een tweede keer voelt het meer als een stiekeme binnendringer dan als een donderslag bij heldere hemel, dan vind je wegen om er mee om te gaan.
Je past je prioriteiten aan en zoekt een harnas waarin je dit gevecht aan kunt gaan. Hiermee beweer ik niet dat je echt zoveel kunt uitrichten tegen deze nare ziekte. Zeker niet als partner.
Het is soms moeilijk om mensen tegen degene die het betreft, te horen zeggen 'Kom op, niet opgeven, je bent sterk! Vecht ertegen!' Er zijn ook mensen die dit zogenoemde gevecht verliezen. Als ik één ding leer, is het wel dat het bovenmenselijke kracht vraagt om dit hele proces uit te houden.
Maar als partner kun je wel je tuigje aandoen en aan de slag gaan. Zorgen dat je aanwezig bent, de dingen regelt en alles zo goed mogelijk probeert te arrangeren waardoor de patiënt zelf zich kan richten op haar ziek zijn.
Verrassend genoeg is dit helemaal niet zo moeilijk. Je werk anders inrichten, iets vaker voor taxi spelen, in overleg berichtjes maken voor een appgroep zodat iedereen op de hoogte blijft, ook wel een bijzonder fenomeen in zichzelf en nog duizend en één zaken die allemaal prima te managen zijn. Mij zelfs een soort voldaan gevoel kunnen geven. Natuurlijk snap ik dat dit allemaal terug te herleiden is tot een beetje regie houden. Wanneer er ziekte of narigheid komt waar je geen controle over hebt, is datgene waar je dat nog wel over hebt ineens razend belangrijk.
De prijs die je hiervoor betaalt, is zelfs van ondergeschikt belang. Een mooie lang van tevoren geplande vakantie op een ver eiland ruil ik met alle plezier in voor een weekje ergens dichtbij. Omdat dit dan tussen twee chemokuren in kan.
Je team opzadelen met de kastanjes uit het vuur halen bij een best wel ingewikkelde klus, doe je niet alleen omdat ze keigoed zijn. Nee, mijn aanwezigheid is als chauffeur en kamergenoot vanzelfsprekend bij een volgende kuur of het bespreken van een belangrijke scan.
Het is allemaal te doen. Waar het soms stopt, is bij de kleine tegenslagen. De dingen die je normaal gesproken schouderophalend incasseert en geruisloos oplost, die nekken je.
Als dat gebeurt, is delen met mensen die aanwezig zijn en blijven, helpend.
Even van je afpraten of schrijven ook. Vandaar deze post.



zaterdag 27 juli 2024

Het Laatste Avondmaal

Wonderlijk hoe lastig we ons als christenen verhouden tot dit gebeuren. In de Bijbel staat het verhaal over Jezus die in de nacht voor hij gevangen genomen werd nog één keer ging eten met zijn leerlingen.

Tijdens die maaltijd dronken ze samen wijn en brood. Hierbij gaf Jezus aan dat zijn volgelingen dit na zijn sterven moesten blijven doen. Niet alleen als herinnering maar ook als een teken dat nieuw leven altijd mogelijk is.
In de kerk zijn we dit gaan doen. Op een soms wat bizar aandoende manier. Om te beginnen doen we het meestal 's morgens maar blijven we het wel de avondmaaltijd noemen.
Daarnaast zijn er nog steeds kerken waar er maar een heel klein percentage aan de opdracht van Jezus gevolg geeft. Een paar mensen doen mee, de rest vindt zich niet goed genoeg. Met als gevolg dat het vooral een heel devoot en stil gebeuren is.
Andere kerken roepen iedereen op om aan de roep van Jezus gehoor te geven. Met als gevolg dat er honderden mensen naar voren komen en het daardoor qua organisatie soms ver af staat van een tafel waar we gezellig omheen zitten.
En ergens is er bijna altijd een soort van selectie vooraf. Het is maar op enkele plekken zo dat kinderen of andersdenkenden helemaal welkom zijn.
Daar staat tegenover dat nogal wat volgelingen van Jezus beweren dat iedereen bij onze lieve Heer welkom is en mag komen zoals ie wil.
Nou dat is ze in Parijs wel redelijk gelukt. Misschien moeten we er ons niet zo druk om maken. En onze pijlen richten op al die plekken op aarde waar nog steeds mensen buitengesloten worden. Daar ging Jezus vooral tegen in.
Als mensen ervoor kozen om bij Hem aan tafel te zitten, ging Hij er meestal gewoon mee in gesprek.
Zou Hij echt boos zijn geworden als er een dragqueen bij Hem aan tafel zou zitten?

zaterdag 29 juni 2024

Bloemen komen thuis


Voor nu de deuren van het ziekenhuis even dicht. Een plek waar goed gezorgd is. Verpleegkundigen en artsen die de tijd nemen om er te zijn. De kundigheid en toewijding is wat opvalt. 
De stoet aan runners, voedselbrengers, schoonmakers, kraan-openzetters. fysiotherapeuten, bloedprikkers en de briefjes-op-raam-hangers. 
Ik zag ze langskomen vanachter mijn laptop in de hoek van de kamer. Ik verwonder me over de mate van respect die ik telkens opnieuw heb gezien.

Met onze kinderen zijn we dankbaar voor alle mensen om ons heen. Het stel dat in de afgelopen week even de tuin onder handen neemt. Degene die elke dag een plaatje van een cello stuurt. Weer een ander die aan het eind van haar eigen dienst even komt kijken hoe het gaat. 
Goede vrienden die een kwartiertje binnen vallen en er zijn. De niet aflatende stroom kaarten en lieve berichtjes van collega's en mensen uit de kerk. Ze voelen als broers en zussen. De dominee en ouderling die tijd maken. 
Ik zou nog veel meer kunnen noemen. Mensen doen mooie dingen. 
Ons huis staat inmiddels vol met bloemen. De zon schijnt in de mooie tuin.


zondag 19 mei 2024

Pinksterfeest

Waar ik met allen ben
lief en liefdes bij elkaar,
troost mij het feest van Pinksteren.

Waar ik in vuur en vlam
te overtuigd van daken schreeuw,
troost mij het feest van Pinksteren.

Waar ik gedreven
het hele huis vervul,
troost mij het feest van Pinksteren.

Waar ik onverstaanbaar
voor veel mensen spreek,
troost mij het feest van Pinksteren.

Al die andere dagen
waar ik niet aanwezig ben,
vuur gedoofd en licht verstoken,
windstil verstomd mij niets beroerd,
geen troost in taal mij kan bereiken.

Daar hoort mijn oor het zoet gefluister
in het suizen van een zachte stilte,
woorden van eeuwige liefde spreken,
ik als brandend braambos niet verteer.


donderdag 16 mei 2024

Leef o koning in eeuwigheid!


Met de woorden van deze titel begon Daniël zijn toespraak tegen een regeerder die hem dood probeerde te maken.  
De meerderheid van onze bevolking stemde voor de nieuwe regering. Blijkbaar heeft de oude regering, die ooit een meerderheid had, niet helemaal gebracht waarop men hoopte.
Vervolgens komt dan die nieuwe regering met haar plannen naar buiten. Geen nieuwe bedenksels maar ideeën gestoeld op gedachten en uitspraken die al in een vroeger stadium bekend waren. Daarnaast moet water bij de wijn gedaan worden omdat een coalitie nodig is voor een meerderheid.
Vandaag is het zover dat de vier regeringspartijen hun plannen wereldkundig maken. Wat doen we? Wensen we hen succes? Proberen we in verbinding te blijven door elementen op te zoeken die een felicitatie waard zijn? 
Neem nou dat eigen risico dat omlaag gaat. Gelijk kopt een landelijk dagblad dat de gezonde Nederlander de prijs gaat betalen. Laat dat nou net zijn wat we met ons allen wilden. Je hoeft geen christen te zijn om dit prachtig te vinden.
Op het ambtenarenapparaat wordt bezuinigd. Niet zo gek om wat te doen aan al die externen die continu worden ingehuurd. Meer mensen aan een klus betekent niet altijd dat het beter gaat.
Daarnaast gaat deze regering wat doen met de woningnood en gaat ze armoede bestrijden. Met boeren wordt wat vriendelijker omgesprongen en ze krijgen iets meer tijd. Misschien is dat op de lange duur effectiever dan met een kaartje op tv vertellen wie weg moet en wie niet. 
Vluchtelingen worden gemotiveerd om met minder mensen naar ons land te komen. Dat is geen goed bericht, maar zeg nu zelf, de opvang loopt over en we deden er niet zoveel aan toch?
Ja, natuurlijk houd ik mijn hart vast hoe dit alles uit gaat pakken. Er is niet veel voor nodig om te gaan somberen over hoe dit gaat aflopen. 
Toch kan het anders. We kunnen onze nieuwe regering ook ontvangen met de intentie ze op hun (regeer)daden te beoordelen. 
Verbinding maken en in relatie blijven is broodnodig als je een andersdenkende wil overtuigen. 
Voor de kerken zie ik een moeilijke maar ook een prachtige uitdaging op ons afkomen. Zullen we gaan doen waar we ooit voor begonnen? Mensen een plek van hoop en vertrouwen bieden. Gemeenschapszin koesteren en offers brengen. Vooral daar waar het schuurt en ingewikkeld wordt.
We kunnen kiezen om niet in wij en zij te gaan denken. Samen vormen we dit prachtige land en alleen samen is een weg vooruit te bedenken. Koers houden, betekent dat je mag laveren. Schipperen betekent de krachten zien en herkennen. Gebruik dit als middel om aan te komen daar waar het goed ankeren is.  

zaterdag 11 mei 2024

Tableau

Op weg naar de bakker voor croissants en wat oerbrood, steek ik het plein voor onze deur over.
Zelfs op dit vroege uur staan er groepjes mensen, meest mannen, met halve liters bier in de hand. Op een enkeling na, die een heupflesje vast heeft. Van die laatste, sommige van zilver, heb ik hier in een paar dagen meer gezien dan in de afgelopen jaren bij elkaar. 
Eergisteren had ik nog een excuus voor hen; toen was het vaderdag. En na ik begrepen heb, is dat in Duitsland, net als in België, de gevaarlijkste dag van het jaar. 
Statistisch gezien is het de dag van het jaar met de meeste kans op een ongeluk. Vaderdag betekent hier niet zozeer de nadruk leggen op jouw vaderschap maar meer met vrienden de kroeg in duiken en een excuus hebben om ladderzat thuis te komen. 
Die dag is nu voorbij en het pleinbeeld is hetzelfde. Nu zit ik niet in de sjiekste wijk van Keulen maar ook niet echt in een afbraakbuurt. 
We huren het huis van een beroemde en welgestelde, operazanger die momenteel de wereld over reist. De dikke extra stalen balken aan de binnenkant van zijn voordeur vertellen aan de andere kant iets over het vertrouwen, of het ontbreken ervan, in zijn buurt. 
Terwijl ik het plein verder over steek, passeer ik twee hologige mannen die me wantrouwend aankijken. De paranoia en het gebruik van niet al te beste middelen straalt er vanaf. De doodsheid ook. Naast de verloren blikken treft me vooral de moeheid die hun lichaam uitstraalt. 
Zijn de bierdrinkers, die misschien niet beter af zijn, maar er hooguit langer over doen, nog in staat tot wat lawaai en bravoure, deze gebruikers zijn op. Het lijf beweegt nog en daarmee is alles gezegd. 
Als ik bij de bakker in de rij sta, stopt er een dikke Duitse auto. Een dame komt van de achterbank en stevent naar de luxe bloemenwinkel naast mijn broodjeszaak. Als ik naar buiten kom, zie ik dezelfde mevrouw met een grote bos bloemen weer achterin de auto stappen die gelijk zacht weg zweeft.
Ik rep me met mijn luxe broodjes naar ons tijdelijk verblijf en manoeuvreer me tussen de mensen door die er net ook al stonden. Het lijkt een bevroren tableau van personen die betere tijden hebben gekend en nu geen flauw idee hebben van hoe ze verder moeten. Zelfs de hol-ogenden staan op dezelfde plek. 
In de hoek van het plein staat een rollator ergens op te wachten.

Terwijl ik naar binnen ga, vraag ik mij voor de zoveelste maal af waar het verschil in zit. En waarom. 

vrijdag 10 mei 2024

l’Incoronazione di Poppea

 
Dat is het thema in de prachtige uitvoering van Monteverdi's laatste geschreven opera; de kroning van Poppea.
Gezien mijn gebrek kennis op dit gebied, zal ik me niet wagen aan een inhoudelijke muzikale beschrijving van het virtuose samenspel tussen orkest en zangers.
Ondanks dat ik in het midden op de eerste rij een prachtig gezicht heb
op en in de orkestbak. Aan de rechterkant staan de cello's, contrabassen en de harp. Aangevuld met een paar instrumenten die er uit zien als grote luiten. Op de harpiste na allemaal mannen aan die kant
Aan de linkerkant zitten een stuk of zes violisten waar er ook twee of drie soorten van waren. Helemaal achteraan links zitten twee fluitistes die verschillende fluiten bespelen. Deze kant wordt grotendeels door vrouwen bevolkt. 
In het midden, recht voor mij, zit de dirigent die zelf een soort spinet bespeelt. Tegenover hem staat nog een spinet en een kistorgel. Deze worden bespeeld door de enige mens in de orkestbak die steeds van plaats wisselt.

Op het podium recht voor me, achter de orkestbak, draait langzaam een buis, zo groot als een forse rioolpijp, aan een staalkabel. Half zwart, half wit geschilder. Bij navraag aan mijn buurman blijkt dit het Schicksal te verbeelden; het lot. 

Dan begint het meer dan drie uur durend spektakel. Als eerste komen drie prachtig geklede dame's binnen; Liebe, Tugend und Glück. De eerste belichaamt de hele avond de liefde op een erotische manier, de tweede laat de deugd vooral zien als streng en ordelijk in tegenstelling tot het geluk dat er soms wel en niet is. Bij die laatste komt het leven zoals het er is. 
Liefde en deugd zijn nogal in gevecht met elkaar.
Het hele verhaal draait om Poppea die als minnares van Nero meer wil zijn dan dat. Zij wil zijn onvoorwaardelijke liefde en alles wat daarbij hoort, Haar uiteindelijke doel is Ottavia, de keizerin, van haar troon te stoten en haar plaats in te nemen. 
Het lastige is dat Poppea, net als Nero zelf, getrouwd is en haar man, Ottone, een trouwe dienaar van Nero is. 
Ottavia, de vrouw van Nero, merkt dat haar positie wankel wordt en beraamt een moordaanslag op Poppea. Daarvoor gaat ze naar Ottone en gebiedt hem zijn eigen vrouw te vermoorden. Deze Ottone wordt bijgestaan door Drussila (oftewel Glück, en in het italiaans Fortuna).
Op het moment dat Ottone zijn slapende vrouw (Poppea) wil doodschieten, laat zijn Fortuna hem in de steek. Poppea wordt wakker en roept de hulp in van haar page. De laatste heeft een stem die me raakt. Ik weet niet goed waarom. Zij is de enige die de niet-schoonheid belichaamt van alle elf spelers. Ze lijkt een man, is als vrouw gekleed en bezingt regelmatig haar eigen zichbare aftakeling. Waar de rest regelmatig zich al dan niet halfnaakt op zijn op of haar best laat zien, vertolkt zij in kleding, gedrag en zang vooral haar weemoed.
Ze zingt half huilend dat je als vrouw niet op de avond moet wachten, maar vooral de morgen ertoe doet. Dit wordt vervolgens tegengesproken door zowat iedereen van de tien andere spelers die één voor één en soms zelfs allemaal tegelijk haar komen liefhebben.

Nu het complot tegen Poppea ontdekt is, wordt Nero op de hoogte gebracht. Deze heeft inmiddels zijn goede vriend en raadgever Seneca laten vermoorden door hem te verplichten gif te drinken. Aandoenlijk zijn de laatste woorden van deze wijze man. Hij blijft geweld veroordelen en zingt dat elke misdaad de deur open zet voor een groter kwaad. Hij wenst niet mee te doen en drinkt zijn gifbeker leeg. Die beker is hier trouwens een modern flesjes met blauw spul erin. Er zijn meer van die prachtige uitstapjes naar het nu. Zo gooit Nero ergens een fles wijn stuk die dan door een bediende met een moderne dweilstok van een bekend Duits merk wordt opgeveegd.
Nero verbant nu zijn vrouw en benoemt Poppea tot nieuwe keizerin. Beiden bezingen en bedrijven opnieuw de liefde. In hun geval lijkt dat ongeveer hetzelfde te zijn. De ineenstrengeling van beide lichamen samen met de stemmen die zo hun gevoelens vertolken is van een wonderbaarlijke schoonheid. Tel hierbij op hoe het orkest antwoordt en reageert op wat er gebeurt, door soms de aanzwellende tonen die je bijna omhoogduwen in je stoel of de wegstervende muziek die je de adem in doet houden, en je hebt een beeld van de avond. 
De schoonheid van alles doet de mor
aliteitsdiscussie, die dit als laatste geschreven werk van Monteverdi oproept, totaal irrelevant zijn.
Het enige dat je hier voelt is dat liefde het laatste woord heeft. Altijd, overal en totaal.

donderdag 9 mei 2024

Frank en vrij




Als ik de deur achter me dicht trek en het pleintje voor ons tijdelijke verblijf oversteek, vang ik de eerste zachte zonnestralen op. Ze worden getemperd door een ochtendmist die vaag door de straat nevelt.
Het voelt te fris voor een rustig inlopen; ik zet het gelijk op een hollen.
Na een paar straten en nog een pleintje ontwaar ik de Mülheimer Brücke, de noordelijkste brug over de Rijn, de rivier die dwars door de stad meandert.
Rennend steek ik de brug over en net voor dat het wegdek overgaat in gewone weg zonder brug te zijn, daal ik een trap aan de zijkant af.
Zo ergens tijdens een rondje hardlopen een trap pakken, levert altijd een plezierig pijnlijk gevoel in mijn kuiten op. 
Nu doe ik het niet alleen daarvoor maar ik zoek de Rijnoever die hier zonder kademuur of wat dan ook, overgaat in een stuk niemandsland vol gras en bomen. Even later klotst het eerste water over mijn schoenen. In de verte zie ik de laatste bocht van de rivier die hier, de stad uit haar tocht voortzet richting mijn land van herkomst.
Nadat mijn kilometers erop zitten, verlaat ik de rivierkant en loop landinwaarts terug. Daar stuit ik wel op een kademuur, die ik besluit te volgen weer richting stad.
Na een kilometer ontwaar ik een kleine opeenhoping van tassen en dozen. Aan de ene kant geflankeerd door een fiets, aan de andere kant een winkelwagen. Er tussen zie ik iets dat het midden houdt tussen een tentje en een zeiltje. Ervoor zit een half in een slaapzak gehulde man op de grond. 
Na mijn begroeting waarbij ik iets zeg over het mooie uitzicht dat ie heeft; de zon breekt net iets door de mist en hangt nog laag boven water en stad, vraagt ie naar mijn herkomst. Blijkbaar is mijn Duits wat roestig geworden.
Als ik zeg dat ik uit 'Die Niederlande', klaart zijn gezicht op en roept hij met een vragende blik: 'Gott verdoemme'. 
Ik bedenk me geen seconde en zeg: 'Nein eigenlicht nicht, ich bin mehr van die Himmelfaht, sicher heute.'
Even later zit ik voor zijn schamel onderkomen en hebben we een gesprek. Frank vertelt mij over zijn leven, ik over het mijne. Het gave van dit soort ontmoetingen is dat koetjes en kalfjes buiten blijven.
Waargemaakte en dromen die dat nog niet zijn, komen langs. Geen van ons is bezig de ander van iets te overtuigen. Als je deelt wat je denkt en leeft, is er geen waarheidsvinding nodig. Dan anker je alleen even bij elkaar. 

Een halfuurtje later loop ik met een overvloed aan gedachten de brug weer over, op weg naar mijn ontbijt.

woensdag 13 maart 2024

 



Biddag

Mijn God ik wil u bidden
voor gewas en arbeid.

Ik bid dat uw gewasbescherming
wat minder giftig is dan de mijne.

Ik bid dat uw afstand tot de arbeidsmarkt
wat genadiger is dan hoe ik die beleef.

Tegelijk bid ik voor de wereld om mij heen;
Jood en Palestijn weer even vriendjes zijn.

Ook bid ik voor Rus en Oekraien;
een wapenstilstand heel misschien?

En wanneer komt die kogel door de kerk
waardoor ik weer zicht krijg op het buitenwerk?

Ook bid ik u voor bestuur van stad en land
in 't komend jaar wat minder mensen aan de kant?

Als laatste bid ik voor mijzelf en mensen om mij heen
dat zelfs als netflix en de kabel ons begeven,
schenk ons gemoedsrust, doe ons leven.




zondag 18 februari 2024

Witte jas

  




Waar nu de winter weert,
de kale boombast huilt,
weg waar niemand schuilt,
wat was, wil niet verteerd.

Wit licht bescheen de rug
maakte kleur nog lichter.
Voordeel van de dichter;
in ogenblik, jaren terug.


woensdag 13 september 2023

Moederziel

Mama | 13 sept 2017


Elke vrijdagavond tegen een uur of acht
kom ik langs de bosrand waar zij rust
onder zerk
door t laatste zonlicht word gekust.
Ik groet de heg en ga naar levende die wacht.

Heel soms beroert mijn voet de grind
drentel ik al slenterend de paden af
lees de teksten op ieder graf
tot ik bij moeder word het kind.

Ik kniel op marmer hef mijn hand aan 't steen
we praten wat en luisteren nog meer
alleen maar zegen, verdwenen is het zeer
best gelukkig met moederziel alleen.





maandag 24 april 2023

Dank

Gisteren aangekomen in Fabara, in de Spaanse provincie Aragon. Vanmorgen eerst de zon opgelopen buiten het kleine stadje. Daarna aan het werk in ons verblijf. De aanvragen voor ons Voedselbossen magazine als voor tickets van 'Het Gras van de Buren' vraagt dagelijkse aandacht. Daarbij komt de voorbereiding en opmaak van ons
zomernummer.
Heel gaaf om de ontwikkeling hiervan mee te maken. Het voelt als een lente waarbij alles razendsnel groeit.
Vanaf ons terras een machtig en majestueus schouwspel van de vale gier. Er verschijnen er steeds meer tot er uiteindelijk een dozijn boven ons zweven. Hun trage, door de wind gedragen, vlucht boven ons stadje en het omringende heuvelland is adembenemend.
Het wordt tijd om de laptops te sluiten en opnieuw de natuur in te gaan. We gaan met ons team, het vorig jaar aangekochte stuk land bekijken. Om dit de komende dagen in kaart te brengen, de aanwezige soorten te determineren en vervolgens een begin van onze plannen uit te denken.
Naast verwachting en verlangen voert dankbaarheid de boventoon vandaag.