Ik zet mijn hakken in het zand
zo kom ik met elke stap
dichterbij de verre
bomenrand.
Daar gooi ik het bijltje erbij neer
zodat jij ooit je schaduw vindt
waar ik nu als gelukkig kind
de spaanders laat intact.
Stil hang ik harp aan wilg,
zangloos kniel ik aan de stam
hoor de wind door snaren spelen
als hemel die mijn hart doet helen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten