Met strakke en gespannen gezichten nemen ze tegenover me plaats. De lichamen verraden door de gespannen houding hun nervositeit. Hij neemt plaats met zijn jas hoog dicht geritst en slaat zijn armen over elkaar. Gelijk gaat zijn blik naar zijn vrouw. Zij neemt plaats met een afgepaste houding die laat zien dat ze op alles is voorbereid. Zij kijkt naar hem en vervolgens naar mij.
Ik open met: 'Nogmaals welkom, hoe gaat het met Julian thuis?'
Ze kijken me aan, tikkeltje verbaasd en met een klein lachje klinkt het: 'We komen om te horen hoe het op school gaat.'
'Tja dat snap ik, aan de andere kant; Julian is van de 168 uur per week een uur of dertig op school. En daarvan zie ik hem een uurtje of vijf, zes. Ben dus wel benieuwd hoe het thuis met hem gaat.'
Vader vertelt hoe zijn zoon hem thuis helpt. Liefst met de handen bezig is. En buiten. In een minuut verandert bezorgdheid in trots.
Moeder onderbreekt: 'Hij zou wel iets meer aan zijn huiswerk kunnen doen. Maar ja, leren heeft ie nooit gewild.' En daar is de bezorgde blik bij beiden weer terug.
Voordat ik naar de resultaten ga, complimenteer ik ze met hun zoon. Dat het mij opvalt dat Julian trouw is. Zijn spullen op orde. Oog heeft voor klasgenoten.
Moeder en vader kijken verbaasd. Er verschijnt een glimlach op beide gezichten.
Elke keer neem ik me voor de zogenaamde tienminutengesprekken met ouders van leerlingen positief te beginnen. En ook zo te eindigen. Dat kan namelijk. Over elke leerling valt wel iets positiefs te melden. Zelfs de grootste raddraaier heeft mooie kanten. En nee, dit wil niet zeggen dat fout gedrag niet benoemd mag worden, juist wel. Maar het verkeerde gedrag benoemen en afwijzen, is wat anders dan de leerling afbranden.
Ben van mening dat het veel over mijzelf als leraar zegt wanneer ik geen positief punt van een leerling kan benoemen. In vijftien jaar tijd geleerd dat een goede relatie tussen ouder, school en leerling, goud waard is. Zeker op het vmbo is er een mooie taak voor ons als docent weggelegd.
Vanuit de nu ontstane ontspannen sfeer ga ik met ze naar de cijfers van hun zoon. We bekijken zijn resultaten. We bespreken een paar vakken waar hij moeite mee heeft. En een paar die hij leuk vindt. Daarna schuif ik demonstratief de laptop aan de kant. Ik zie deze ouders, zichtbaar opgelucht,achterover gaan zitten. De laatste minuut hebben we het over de toekomstplannen van Julian. Hij wil iets met grondwerken gaan doen. Werken kan hij al. Aan ons de taak om hem van grond te voorzien.
Natuurlijk zijn er meer gesprekken. Leerlingen die andere problemen hebben. Zoals die moeder die verzucht: 'Ze luistert gewoon niet meer. Geeft alleen maar tegengas op alles wat ik wil.' En vervolgens een tirade afsteekt over haar dochter. Een opsomming die zo uit het handboek "Gezonde puber anno 2018" zou kunnen komen. Denk niet dat het helpend is als ik dit zeg. Wel geef ik aan dat dochterlief door haar toegenomen zelfstandigheid zich beter weet te redden dan vorig jaar. Ze komt minder vaak en minder onzeker aan mijn bureau, na het opgeven van huiswerk.
Er is er nog een categorie die ik graag wil spreken; ouders die zich niet laten zien. Hierdoor minder zicht op mijn leerling. Misschien het huisbezoek weer invoeren. Al was het maar om wat grondwerk te verrichten.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten