zaterdag 28 november 2020

Menswaardig

Halverwege mijn hardlooproute stop ik om mijn veters opnieuw te strikken. Deze zitten wat los en vormen voor mij van tijd tot tijd een welkome aanleiding voor een korte pauze.
Deze keer neem ik echt de tijd; het weer is mooi, als ik rechts kijk zie ik de plas waar ik net om heen gehold ben. Linksaf ligt het pad dat mij zo weer de stad in zal brengen. Wel vaker aarzel ik hier; soms kan me op dit punt het gevoel bekruipen om rondjes om de plas te blijven lopen. 
Gelukkig zeggen mijn spieren en mijn longen meestal wel dat het tijd is om naar huis te gaan.
Terwijl ik de laatste veters aantrek, word ik ingehaald door een stel dat ik een paar minuten geleden passeerde. De heer schat ik midden vijftig, hij heeft zichzelf verstopt in een lange ruwe winterjas en draagt een zwierige hoed op een markante grijze kop. 
De dame is een stuk jonger, ik schat haar tussen de dertig en de vijfendertig, ze gaat gekleed in een lange donkerrode mantel met zwarte laarzen eronder. Om haar schouders draagt ze een veelkleurige omslagdoek. Haar kortgeknipte zwarte haar glanst licht in de waterige novemberzon 
Ze lopen, net als toen ik ze voorbijging, een halve meter uit elkaar. 
'We kunnen hier wel linksaf', hoor ik de man zeggen.
Hij zoekt al een beetje de linkerkant van de weg.
De dame doet een stap zijn kant uit en pakt hem bij zijn bovenarm.
'Sorry, maar dat lijkt me geen goed idee. Je komt dan langs de speeltuin.'
Aan de lichamen te zien wil de één nog steeds linksaf en de ander rechtdoor. Ik versta de woorden die ze uitwisselen niet meer. Na een paar meter zie ik de schouders in de winterjas omlaag gaan en loopt het stel rechtdoor.
Ik sta op en loop verder. Ik sla linksaf het pad op dat nog even tussen wat rietkragen doorloopt om verderop, inderdaad na een speeltuin, mij de stad in te loodsen.
Ik denk na over wat ik net gezien en gehoord heb. Is dit een vader die door zijn
dochter beschermd wordt om niet langs spelende kinderen te hoeven? Herinnering aan een verloren kind? Dat kan pijn doen. Ooit ben ik opgehouden om het ene verlies zwaarder te duiden dan het andere, maar een kind overleven blijft overleven. 
Of is hier iemand met zijn begeleider op pad? Aan het oefenen om ver uit de buurt te blijven van alles wat een ongezonde aantrekkingskracht op hem kan uitoefenen.  
De laatste veronderstelling voelt wel als de meest waarschijnlijke.
Ik dacht nog even na over de reactie van de dame. Ze begon met 'sorry'.  Niet van 'Tja wat had je zelf gedacht' of 'Ja dat zou je wel willen hé?!' Nee gewoon een zacht en welgemeend sorry.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten