vrijdag 29 maart 2019

Zorg voor jezelf

Enkele weken geleden. Het is na afloop van onze voorstelling. Het was een mooie avond. Ook mooie verhalen en vragen uit de zaal het kwartiertje aan het eind van de voorstelling. Maar nu staan we in de foyer te signeren. Er komt een wat oudere dame aan. Ze heeft al een tijdje staan kijken. Nu het wat rustiger rond onze tafel is, meldt zij zich.  Ze pakt een boek en kijkt me aan:
‘Dit boek is voor mijn zoon. Ik heb hem vandaag weer naar de kliniek gebracht. Voor de tweede keer.’ Ze kijkt me doordringend maar ook enigszins voorzichtig aan. Zeker de toevoeging over een tweede poging komt er behoedzaam uit.

Toen ik nog op de Veluwe woonde en regelmatig de Gortelse bossen doorkruiste, gebeurde me het van tijd tot tijd dat een hert of ree net voor mijn auto de weg overstak. Vervolgens midden op de weg stopte en het hoofd richting auto draaide. En dan verblind door het felle licht stokstijf blijft staan. De blik van de mevrouw doet mij denken aan de ogen van dat dier in de koplampen van mijn auto. Stilstaan, alert om weg te springen.

Deze alertheid lees ik in haar ogen. Te veel afwijzing, teleurstelling en gevoel van mislukking geproefd. Voelhorens ontwikkeld die weten wanneer kwetsbaarheid ondraaglijk kan worden. Waar weglopen of vervreemding het enige antwoord is. Ja ik vul dit in, maar ergens herken ik het.

In de ogen van deze moeder zie ik het allemaal. De vastberadenheid om niet op te geven, de moedeloosheid om weer opnieuw dezelfde weg te gaan, de wanhoop of het wel goed komt, de twijfel of er wel echt genezing te vinden is. De vragen wat zij al dan niet anders had kunnen of moeten doen. Het ligt er allemaal.


Het is alsof alles in deze mevrouw me toeschreeuwt, alsjeblieft veroordeel me niet, en mijn zoon ook niet. We proberen het. En we blijven proberen. Wat mij raakt, is dat ze het wel benoemt. Ze had ook kunnen volstaan met "Dit boek is voor mijn zoon". Of eventueel "Dit boek is voor mijn zoon die ik net vandaag naar een kliniek heb gebracht.' Maar ze kiest ervoor om te zeggen dat dit de tweede keer is.

Alsof ze antwoord geeft op onze voorstelling. Waar ik niet alleen stel dat we meer zijn dan onze verslaving. Maar waar ik ook iets zeg over de destructiviteit van verslaving. Van elke verslaving.
Niet alleen de zelfdestructie. Maar ook naar onze omgeving. Meestal krijgen we wel de vraag wat we al dan niet als handvat of advies hebben voor de directe omgeving van een verslaafde. Ik krijg soms de indruk dat men dan verwacht dat ik iets ga zeggen over het weghouden van de drank bij de alcoholist. Of inleveren van een pinpasje door een gokverslaafde. Afsluiten van sites bij een porno-verslaafde. En de gebruiker van andere middelen uit de coffeeshop houden.
Allemaal mooie maatregelen, zeker nodig als je echt wil stoppen. De weg naar herstel is te doen als je radicale keuzes durft te maken.

Toch zeg ik wat anders als men mij vraagt hoe te handelen als je dicht naast iemand staat die verslaafd is. Mijn antwoord is dan altijd; 'Zorg voor jezelf". Uiteindelijk kan een verslaafde alleen zichzelf redden. Natuurlijk helpt het als er mooie mensen in zijn of haar omgeving aanwezig zijn. Dat is mijn tweede advies. 'Blijf aanwezig'; geef de verslaafde het gevoel dat hij/zij bij je terecht kan. Mij heeft dit zeker geholpen.
Maar in de eerste plaats: Zorg voor jezelf. Ik heb nogal wat mensen stuk zien gaan aan het willen helpen van de ander. Genezen van de ander. Zelf dacht ik na mijn behandeling in de kliniek dat ik de wereld moest redden. Heb wel eens iemand letterlijk aan de voordeur van de kliniek afgeleverd. En kwam erachter dat voordat ik van het terrein afreed, de betreffende persoon het terrein via de achterdeur al verlaten had.
Heb mezelf ook de vraag gesteld waarom ik wilde helpen. Was het liefde? Was het eigenbelang? wilde ik mezelf een goed gevoel geven? Sindsdien probeer ik aanwezig te blijven. En laat ik de keuze bij de ander. Het geeft mij niet alleen rust, het doet de ander ook recht.







Geen opmerkingen:

Een reactie posten